José Smits


Iosepha zag het eerste licht op een zonnige lentedag in Rotterdam. Ze kwam terecht in een warm gezin en kreeg haar kunstzinnige aanleg van huis uit mee. Zo bijvoorbeeld leerde haar vader haar pottenbakken. Daar ze niet overtuigd was uit haar kunst een "echt" leven te kunnen opbouwen, maar toch creatief bezig wou zijn, volgde zij een horeca-opleiding en slaagde daarvoor. in Amsterdam op de Horecava won zij 3 keer een prijs en ook in het suikerwerk en het maken van vetbeelden kon zij haar "ei" kwijt. Ze trouwde, werd moeder van 2 en hielp haar man in hun bedrijf. Haar draai kon zij echter niet vinden, nog privé, nog professioneel en na de scheiding was ze weer op zichzelf aangewezen.

Ze begon opnieuw met pottenbakken maar 3 jaar gelden verlegde zij haar belangstelling naar de beeldhouwkunst. Met een ijver die zij nooit kon opbrengen aan de middelbare zocht en vond ze materiaal waarmee ze zonder gespecialiseerde machines aan de slag ging. Zonder enige vorm van opleiding leerde ze zichzelf met hamer een bijtel een ambacht aan, alles met de "blote hand" in haar ateliertje te Essen waar zij ook woont.

In de rust van haar bescheiden woning heeft zij haar bestemming bereikt; zij en de werken die zij maakt vloeien ineen als oude vrienden die elkaar opnieuw gevonden hebben. Telkens weer staat ze versteld van de uiteenlopende reacties die ze op haar werk krijgt en tot haar grote vreugde ziet éénieder erin wat hij wilt zien, voor allen verschillend zoals wij als individu ook verschillend zijn maar in ieder van ons schuilt een kunstenaar: degene die het werkt "maakt" en degene die het waardeert.